Interactie kan door het sturen van e-mail naar: jolmerwinkel@gmail.com of mij te gaan volgen op Twitter of vrienden te worden op Facebook.

zaterdag 27 april 2013

Verloedering

Als Edese columnist heb ik wel eens last van expansiedrift. Ik steek daarom dit keer de gemeentegrenzen over naar het Wageningse. Op weg naar het centrum passeer ik dan een klein ongerept en omheind braakliggend stukje grond. Al zo’n tien jaar ligt dat er vervallen en troosteloos bij. Als gevolg van een slepend conflict tussen gemeente en de eigenaar.

Ik heb intussen wat meer kennis verkregen over deze Kirpesteingate. Ik zou het wel weten gemeente Wageningen! Een paar vrachtwagens zand er op en inzaaien met gras. Een paar bankjes, wat prullebakken en enkele kunstwerken plaatsen en een plekje reserveren voor een snackwagen. Dat kost echt niet zo veel in het licht van de ergernis die het opwekt bij de grote stroom van passanten.

Kijk dit is zo opgelost. Dat ligt dan weer heel anders dan bij ons in Ede. Als je voor het eerst hier aankomt per trein en op station Ede-Wageningen uitstapt en vervolgens kijkt richting de Parkweg… dat zal nooit een moment van liefde op het eerste gezicht kunnen zijn. De staat van de gevels en het aanzicht van de panden is tranentrekkend.

Voor de oplossing hier moet de gemeentelijke geldbuidel wel heel ver open worden getrokken. Platgooien roept dan de één. Nee, behouden en opknappen want het zijn monumentale panden roept de ander weer (BB). Wellicht moet Ede zich maar kandidaat gaan stellen voor de olympische spelen of het WK-voetbal. Dan is er vaak wel voldoende geld beschikbaar om complete wijken te renoveren.

Maar wees snel want we willen toch niet dat Wageningen ons voor zal zijn?


zaterdag 20 april 2013

Mijn droom voor Ede STAD














Een poosje geleden hield ik een mini-onderzoekje op facebook en twitter naar de vraag of Ede nu een stad mag worden genoemd of dat het ondanks de enorme expansie toch een dorp blijft. De reacties en mijn eindconlusie zijn te vinden in het artikel Stadse Fratsen.

Nu kreeg ik onlangs eeen soort van ingezonden stuk toegestuurd van Edenaar Johan Vermij. Onder de titel 'Mijn droom voor Ede STAD' maakt hij jullie deelgenoot voor wat hij in de toekomst graag in en rond Ede ziet gebeuren.

Voor het eerst in de geschiedenis van de Winkelhaak geef ik nu dan ook ruimte aan een gastschrijver. Hieronder is Johan's betoog te vinden:



Eén keer in de zoveel tijd duikt ie weer op; de discussie of Ede nu een stad is of een dorp. Meestal gebeurd dit wanneer er weer een politieke kronkel met grootstedelijke aspiraties gelanceerd wordt.

Deze maand draagt Beatrix het stokje over aan Willem Alexander en worden wij als Nederlanders opgeroepen om onze droom voor ons land te delen. Laat ik dan hier, op deze plek, mijn droom voor Ede STAD delen.

Ik ben geboren in Leeuwarden op een steenworp afstand van de finish van de elfstedentocht. Ik ben opgegroeid in Kampen en heb op kamers gewoond in Arnhem. Heb gestudeerd in Zwolle en Nijmegen. Ik heb gewerkt in Rotterdam, Den Haag, Parijs en Barcelona. Je zou kunnen zeggen dat ik een stadsmens ben.

Onlangs had ik een discussie met de redactie van het Winkelhaak blog of Ede nu een stad is of een dorp. Ik blijf er bij. Ede is en blijft een dorp. Ook al is het veel groter dan bijvoorbeeld Kampen. Maar wat maakt en dorp een dorp, en een stad een stad?

Er is natuurlijk de formele middeleeuwse discussie of een ‘stad’ stadsrechten heeft. Die hebben we in Ede niet. Wat voor mij belangrijker is, is de ziel van de stad. Alle steden waar ik gewoond en gewerkt heb, groot of klein, hebben een ziel. Een hart met oude gebouwen, een geschiedenis. Die ziel kun je niet ontwerpen of scheppen met nieuwbouwprojecten.. Kijk maar naar een ‘stad’ als Almere

Naast het historische centrum hebben de eerder genoemde plaatsen nog een gemene deler; namelijk de aanwezigheid van water. Natuurlijk groeit niet ieder gat aan een boerensloot uit tot een stad – niemand zal het ooit in zijn hoofd halen om Muggenbeet een stad te noemen – maar echte steden hebben toch wel een binding met het water. En dat missen wij in Ede.

In het weekend van de troonswisseling ga ik mijn boot verplaatsen van de Biesbos naar de Randmeren. Er zijn meerdere routes mogelijk, maar bij het bestuderen van de kaart kreeg ik toch echt de indruk dat de gemeente Ede het verst verwijderd is van bevaarbaar water. Als we daar nou eens verandering in zouden kunnen aanbrengen. Als we nou eens zouden kunnen zwieren over de boulevard van Ede…?

Dat er in Ede behoefte aan water is, is duidelijk; Na een aantal mislukte plannen duikt deze week weer de discussie op over de aanleg van een recreatieplas tussen Veenendaal en Ede. Maar een plasje vind ik dan weer te dorps gedacht. Ik zie het Edese Gat voor me. Een klein kommetje stilstaand water, omgeven door muggen.

Juist hier mogen we wat meer ambitie in leggen. In de afgelopen jaren is er op landelijk niveau veel gediscussieerd over de Ecologische Hoofdstructuur waarin we natuurgebieden aan elkaar vast proberen te plakken. In bijna alle gevallen hebben we het dan over stukjes bos en plantjes, een doorlopende zone waarin beestjes zich kunnen verplaatsen. Maar wij Nederlanders zijn verbonden met het water. In mijn Droom voor Ede STAD zie ik dan ook een Maritieme Hoofdstructuur waarin Ede STAD een plekje krijgt.

Ik zie een recreatieve watersportzone door de Food Valley NL meanderen van de Rijn bij Rhenen naar de Randmeren bij Nijkerk, een flinke 50 kilometer recreatiegebied met water en natuurgebied dat vanaf Rhenen, via Veenendaal, Ede, Barneveld en Amersfoort naar Nijkerk loopt. Dat lijkt een onbetaalbaar miljardenproject te zijn, maar volgens mij is er een interessante Business Case voor te maken. Juist nu we in de crisis zitten en de werkloosheid oploopt.

Bij eerdere crisissen hebben we gezien dat de economie gestimuleerd werd door grote infrastructurele werkgelegenheidsprojecten. In deze crisis moet het juiste werkgelegenheidsproject nog gevonden worden. Dit project moet de bouw-, en infra-sector uit de dip trekken. De aanleg van een boulevard bij Ede en Veenendaal schept niet alleen bouwbanen, maar ook talloze nieuwe kansen voor de toeristische industrie; jachthavens, horeca gelegenheden, watersportcentra...

Johan Vermij (op twitter)


zondag 14 april 2013

Onkruid














De gemeente Ede wil groen en duurzaam zijn. Als gemeenschap in de Foodvalley mag men zich ook sinds kort fairtrade gemeente noemen. Er wordt zelfs een poging gedaan de groene hoofdstad van Nederland te worden. De raadsfracties in de gemeenteraad omhelzen het nieuwe gedachtegoed met een luid uitgesproken amen. Maar belijden is nog geen beleid.

Dat maakt onkruidbestrijding wel duidelijk. Deze zaak zou een flinke kink in de duurzaamheidskabel kunnen veroorzaken. Het tegengaan van onkruid kost nu eenmaal handen vol geld en een goedkoper alternatief is dan ook het gebruik van het bestrijdingsmiddel Roundup. Daar is geen (on)kruid tegen gewassen en dat geldt daardoor ook (in later stadium) voor allerlei soorten insecten en vogels. Het gevolg laat zich raden.

Maar voor de fikse besparing aan euro’s zijn sommige fracties helaas toch wel wat gevoelig. Dat is erg jammer. Het is beter dat alle raadsleden unaniem in processietocht het pad der duurzaamheid volgen. Uit volle overtuiging en stuk voor stuk op weg naar duurzaam verantwoord beleid. Dus ook creatief in het vinden van de financiële middelen in deze zaak.

Want het inzetten van Roundup levert Ede zeker een (onbetaalbare) fikse imagoschade op. Daar kun je vergif op innemen! Gaan bepaalde Edese partijen toch voor deze troep dan mag wat mij betreft politieke Roundup gespoten worden bij de verkiezingen van 2014. Dat spreek ik ook uit namens onze Edese vogelpopulatie en al de andere levensvormen in onze plaatselijke biologische keten.

zaterdag 6 april 2013

Feroaring Fan Lucht

Maar eens een klassieker uit de boekenkast gehaald om deze aan een herlezing te onderwerpen. In dit specifieke geval één van de meest verkochte boeken in de Friese taal. Ik bezit de speciale editie uit 1996 die is aangepast aan huidig taalgebruik en gewoontes en waaraan de schrijver nog wat commentaar heeft toegevoegd.

Het orgineel verscheen in 1971 en deed in eerste instantie niet veel. Pas na een jaar schoot de verkoop vooruit en groeide ‘Feroaring Fan Lucht’ dus uit tot een topper in het genre, naast bijvoorbeeld 'It Wrede Paradys' van auteur Hylke Speerstra.

Het verhaal gaat over een soort van Flodder-achtige familie die in het buitengebied van Drachten in een onbewoonbaarverklaarde woning bivakeert. Te midden in/van de natuur leeft men daar met een zeer grote mate van vrijheid. Maar door de invloed van maatschappelijk werkers en de grote ‘vooruitgang’ die voor enkele van de gezinsleden lonkt zwicht de hoofdfiguur Durk Snoad.

Hij, z'n vrouw Foekje en hun inwonende twaalf kinderen en kleinkind verkassen naar een tussenwoning in een nieuwbouwwijk van Drachten. Het huisraad, de hond, de katten, konijnen en de geit worden opgeladen om aan een nieuwe fase in hun bestaan te beginnen. Het zal uiteindelijk geen succes worden. Het moeten inschikken naar de normen en waarden van de nieuwe leefomgeving valt zwaar tegen.

Net voor het moment dat een bulldozer in opdracht van de gemeente hun oude woning met de grond gelijk zal gaan maken is er gezinsberaad. De verlossende beslissing valt collectief. De familie Lugtigheid keert terug op hun de oude plek waar ze weer in alle vrijheid hun gang kunnen gaan, ver weg van de plek waar het te veel naar 'mensen stinkt'. Een pracht boek van schrijver Rink van der Velde.